Van 1 mei tot en met 30 juni worden de kunstenaars Honey Jones-Hughes en Antonio de la Hera tijdelijke bewoners van Friesland. Gedurende hun verblijf van twee maanden in ons VHDG Lokaal zetten Honey en Antonio hun langlopende artistieke onderzoek naar de agrarische sector in Nederland voort. Hier in de provincie kijken ze naar verschillende schaalgroottes van landbouwbedrijven, hoe boeren omgaan met duurzaamheid en de rol van machines in de agrarische sector. Vragen waar ze zich mee bezig zullen houden zijn: Waarom maken boeren de beslissingen die ze maken? Als ze voor het ene kiezen, sluiten ze dan ook iets anders uit? En wie zal uiteindelijk de kosten dragen? Ofwel: Wat is een ‘Best Practice’ eigenlijk?
Nieuw hoofdstuk: Friesland Op 1 mei beginnen Honey en Antonio aan dit nieuwe hoofdstuk van hun artistieke onderzoek in Friesland. De eerste periode bestaat vooral uit ‘embedded practice’ (onderzoek door middel van het samenwerken met groepen uit de samenleving), en brengen ze de lokale landbouwsector in kaart door boeren en bedrijven te bezoeken. Vanaf 3 juni tot en met 25 juni verplaatst het onderzoek zich stapje voor stapje naar kunstruimte H47: een kunstruimte waar je als bezoeker binnen kunt lopen, met het lopede onderzoek van Honey & Antonio kennis kunt maken en samen met ons de verschillende best practices van de boeren in Friesland zult ontdekken. Over wat er precies in de ruimte gaat gebeuren, maken wij gedurende de ontdekkingstocht van Honey & Antonio meer bekend op deze website en onze socials.
Honey en Antonio werken tijdens hun residentie ook samen met VHDG aan een pilotproject: workshops met MBO-studenten van het Aeres MBO in Leeuwarden. Als onderdeel van het vak Burgerschap zullen Honey en Antonio samen met studenten Life Sciences verschillende locaties bezoeken, wat ook weer een onderdeel vormt van het artistieke onderzoek van het duo.
‘Best Practice’ In Friesland richten Honey en Antonio zich op hoe het streven naar een ‘Best Practice’ het land en het werkproces heeft beïnvloed. Zijn er verschillende visies op de ‘Best Practice’, en zo ja, welke? Hoe groot of hoe klein wil/kan een landbouwbedrijf zijn? Aan welke restricties zit een boer vast om aan de externe eisen te voldoen en de interne kosten te dekken? Op wat voor manieren kan een boer zijn bedrijf duurzamer maken, en wat voor effect heeft dit op de efficiëntie van het productieproces?
Sinds de jaren vijftig zijn in Nederland dagelijks gemiddeld veertien boeren verdwenen, terwijl de productie juist is toegenomen. Hoe komt het dat de landbouwsector deze kant uit gaat? Hoe hebben producenten hun praktijk veranderd om hun broodwinning te kunnen behouden? Het onderzoek van Honey en Antonio wijst erop dat machines een sleutelrol spelen in dit proces en een schaalvergroting mogelijk maken. Maar deze machines zijn vaak verre van goedkoop, en zijn flinke uitgaven voor kleine ondernemers. Om deze redenen is de machine een sterk symbool voor de verschillende aspecten die komen kijken bij de ‘Best Practice’.
De opkomst van machines De invoering van machines in de landbouw heeft boeren wereldwijd in staat gesteld de productie te optimaliseren, mensen te ontzien van routinematige taken, zwaar werk op een veilige manier uit te voeren en het totale rendement te verbeteren. Zo kunnen boeren in minder tijd en met relatief weinig mankracht op veel grotere schaal opereren.
Maar waar oorspronkelijk de boerenpraktijk de toepassingen van de eerste machines heeft gevormd, dicteren de machines vandaag de dag vooral juist hoe het werkproces eruit ziet. De industrialisering, samen met de druk om een maximale output te bereiken, heeft de opvattingen over wat de ‘Best Practice’ is drastisch veranderd in een sector die wereldwijd zo kritisch wordt gevolgd.
100% verantwoord Sinds 2020 werken Honey en Antonio samen aan projecten die maatschappelijke vraagstukken aankaarten die zij zelf in hun dagelijks leven ervaren. Hoe gaan wij als samenleving omgaan met duurzaamheid en milieu? En hoe hebben menselijke structuren, zoals bijvoorbeeld de markteconomie, daar invloed op? Hun project BUURTIJS (2020-2022) bracht de landbouwindustrie rondom Rotterdam in kaart met als doel een 100% verantwoord, lokaal ijs te produceren. Ze bezochten boeren, producenten en tuinders op de fiets om te leren over de uitdagingen en dilemma’s waar zij dagelijks mee te maken hebben.
Ook verzamelden Honey en Antonio ingrediënten waarmee ze vervolgens zelf ijs maakten. Het ijs werd verkocht op verschillende kleinschalige plekken in ruil voor een solidariteitsbetaling: als bezoeker betaalde je niet voor het product, maar voor het verrichte werk. Bezoekers ontvingen tevens een verslag van de reis die elk ingrediënt had afgelegd. Het project richtte zich op vragen over de duurzaamheid en onafhankelijkheid van de landbouwindustrie op fietsafstand van hun huis – Welke keuzes maakt een ondernemer op het gebied van duurzaamheid en milieu? Wat voor financiële uitdagingen, restricties en mogelijkheden komen ze tegen? En hoe vormt dit alles hun dagelijkse arbeidspraktijk?
Volg het onderzoek van Honey en Antonio in Friesland via onze website en socials voor updates en vorderingen en kom tussen 3 juni en 25 juni langs in Kunstruimte H47 om de ontdekkingstocht van Honey en Antonio persoonlijk bij te wonen. Ga het gesprek aan met de kunstenaars, deel je ideeën over ‘Best Practice’ en leer samen met ons alles over de kunst van het boerenbestaan in Friesland.
Afbeelding uit het onderzoeksarchief van de kunstenaars: een pagina uit "Ons Eigen Land" door W. Bakker en H. Rusch, 1963, Zeist Dijkstra Verlag. Gesteund door: Mondriaan Fonds, Gemeente Leeuwarden, Provincie Fryslan, Prins Bernhard Cultuurfonds, Fonds 21, Aeres MBO Leeuwarden
Best Practice posters
Design: Honey Jones-Hughes & Antonio de la Hera
Episode 1: De Streekboer
Op 12 mei namen kunstenaars Honey en Antonio twaalf studenten van de opleiding Food Innovation van het Aeres MBO Leeuwarden mee op een excursie als een onderdeel van hun actieve onderzoeksperiode bij VHDG. Dit was het eerste deel van een driedelige excursieserie die Honey en Antonio ontwikkelden voor deze studenten, die het voedselsysteem afgaat (maar dan andesom!). Deel een richtte zich op de productieketen, verkooppunten en alternatieve markten binnen de voedselproductie en –distributie.
De eerste stop was De Streekboer in Leek, waar ze Monique ontmoeten, die eerder de winkel Jouw Dagelijkse Kost in Leeuwarden runde. Hier namen de studenten een kijkje in het pakhuis, waar lokaal geproduceerd voedsel worden gesorteerd, in kratten verpakt en gedistribueerd richting abonnees in Friesland, Groningen en Drenthe. De studenten kregen te horen over wat het betekent om alternatieve verkooppunten op te zetten, de uitdaging om voedsel toegankelijk te houden en boeren eerlijk te compenseren en hoe te beslissen met wie samen te werken.
Vervolgens bespraken de studenten hun voedsel keuzes (of gebrek daaraan!). Terwijl ze genoten van Friese producten van bijvoorbeeld Sparkberry en Bakkerij Bolhuis, praatten de studenten over hoe ze nu mogelijk andere keuzes zouden maken in de supermarkt.
Daarna gingen ze terug de bus in en richting Wâld Suvel, een zuivelboerderij in Burgum, om daar Géline te ontmoeten, die haar zuivelproducten direct aan de klant zelf verkoopt. Géline en haar familie begonnen met het verwerken van een deel van hun zuivel als yoghurt, karnemelk en andere zuivelproducten die ze aan de boerderij zelf verkochten. Ze ervaarden dat het hebben van een melktap met rauwe melk mensen uit de omgeving naar de boerderij trok. Dit breidde uit tot een automaat die verscheidene lokale producten zoals aardappels verkocht, en een aantal importproducten zoals kokosnootolie.
De studenten kregen een fles karnemelk of yoghurt mee en op de terugweg de alternatieve verkoopmanieren bespraken!
Foto's: Honey Jones-Hughes & Antonio de la Hera
Episode 2: BioBoerPieter
Op 17 mei namen Honey en Antonio 17 studenten van de opleidingen Aarde, Water en Klimaat en Leefomgeving van het Aeres MBO in Leeuwarden mee in dit tweede deel van de driedelige serie waarin ze het Friese voedselsysteem verkennen, maar dan andersom! Deze keer leerden de studenten samen met de kunstenaars over het verwerken van een product van het land tot een product in de winkel. Deel twee werd gehost door Tjiske en Pieter, die de organische eieren boerderij Bioboer Pieter in Tzum runnen, en buschauffeur Ferry die ze rondreed langs verschillende voedselverwerkingslocaties in Leeuwarden.
Tjiske en Pieter verwelkomden de groep met Fries suikerbrood, koffie en thee, en vertelden hun verhaal. Ze hadden de boerderij in de jaren 90 overgenomen in een poging het bedrijf te verbeteren met verschillende kippensoorten, en de strijd aan te gaan met goedkoper vlees uit naburige landen. Biologisch te werk gaan was voor hun een manier hun dieren beter te behandelen, en hun eigen eieren sorteren hielp om de hoeveelheid kippen te halveren om het rendabel te maken.
Een tour op de locatie nam ze mee langs het sorteerstation, de elektrische windmolen (die meer energie genereert dan verbruikt wordt) en de gezellige bar achter de garage waar de studenten Tjitskes advocaat konden proberen. Ze maakt deze met eieren die door een gekke vorm niet verkoopbaar zijn. Een ‘no-waste’ product dus! Het bezoek eindigde met zelfgemaakte kippensoep in de tuin.
Op de bus terug gaven Honey en Antonio een tour vanuit de bus langs een paar van Leeuwardens grootste industriële voedselverwerkingsfabrieken, zoals Bakkerij Borgesius, Dr. Oetker en Friesland Campina. Het is lastig te beseffen hoeveel eieren, kilo’s bloem en liters melk elke verwerkt worden in deze gigantische fabrieken om aan supermarkten over de hele wereld te kunnen leveren.
Hierna gingen de studenten in gesprek over hoe geconcentreerd en deel van die productie is en hoe Dr. Oetker 2,3 millioen pizza’s per dag kan maken (verdeeld over ale hun fabrieken).
Foto's: Honey Jones-Hughes & Antonio de la Hera
Episode 3: Y'ne Sinne Farm
Op 26 mei namen Honey en Antonio elf studenten van het Aeres MBO Leeuwarden mee tijdens dit laatste deel van hun driedelige serie waarin ze Friese voedselsysteem doorlopen (maar dan achterstevoren!). Deze keer gingen ze naar de start, of misschien kun je beter ‘de bodem’ zeggen, en op bezoek bij Joël van den Broek bij Yn’e Sinne Farm in Jirnsum.
Op de fiets vanuit Leeuwarden duurde het wel even om bij Joël te komen, dankzij een erg langzame bakfiets met maar een versnelling. Maar ondanks dat zorgde de manier waarop het landschap veranderde buiten de stad voor een interessante rit.
Na aankomst bij Yn'e Sinne Farm zat de groep met een bakje koffie in de zon terwijl Joël zijn boerderij introduceerde, zijn verhaal deelde en vertelde wat een CSA (Cummunity Supported Agriculture) boerderij is. Hierna kregen de studenten een tour over het terrein, bezochten ze zijn ‘handelsgewas’ kassen met komkommers en aardbeien, en leerden ze over biologische principes, de holistische duurzaamheid van CSA boerderijen en wat erbij komt kijken om voedsel te verbouwen. Sommige studenten waren verbaasd over het ontbreken van grote tractoren. Anderen wilden weten over het gebruik van substraten, en sommigen waren verrast door wat het betekent om op lange termijn land te leasen om een community van meer dan 200 huishouden te bedruipen. Geen geringe prestatie!
Daarna deelde de groep hun ervaringen terwijl ze genoten van een lunch, meegebracht door Honey en Antonio. Er was zuurdesembrood gemaakt met Rotterdams steenmeel, bonenspread en mosterd gemaakt met ingrediënten van Waldfarming in Friesland en Yn’e Sinne zuurkool en ingemaakte bieten gefermenteerd van groenten die Joël Honey en Antonio bij een eerder bezoek had gegeven.